SearchSearch results for: “”

Als het gaat om de verdenking van strafbare feiten die door een rechtspersoon zouden zijn gepleegd, is het mogelijk dat (ook) de bestuurder of leidinggevende van die rechtspersoon als feitelijk leidinggever aansprakelijk wordt gesteld.

De Hoge Raad stelt dat verschoningsgerechtigde gegevens “niet meer kenbaar” moeten zijn, maar de opsporingspraktijk ziet vernietigen vaak als slechts ontoegankelijk maken. Advocaat Daan Doorenbos gaat in op de impact van deze interpretaties.

De roep vanuit de maatschappij om meer transparantie rondom het optreden en de bevindingen van accountants is duidelijk hoorbaar.

Op 8 september 2022 werd een verdachte door de rechtbank Breda veroordeeld tot een boete van € 10.000. Hij werd schuldig bevonden aan het opzettelijk achterhouden van inlichtingen en documenten voor de belastinginspecteur.

Gelet op een arrest van de Hoge Raad uit 2020 en de beschikbare feitenrechtspraak leek de deur voor niet-ontvankelijkheid van het OM bij serieuze overschrijdingen van de redelijke termijn even op een kier te staan.

Jakoline Winkels bespreekt de civiele bevoegdheden van het OM bij stichtingen en pleit voor (kenbaar) beleid en waarborgen voor het nemo-tenetur beginsel bij samenloop van strafrechtelijke en civiele onderzoeken.

Volgens de Fiod zou ieder strafrechtelijk onderzoek, groot of klein, een maatschappelijk signaal moeten afgeven. Dit kan spanningen opleveren met de onschuldpresumptie, het fundamentele beginsel dat iemand onschuldig is totdat het tegendeel is bewezen.

On August 18, 2026, a European Regulation will enter into force that deals with the cross-border obtaining of electronic evidence in criminal cases (E-evidence Regulation).

Op 18 augustus 2026 treedt een Europese Verordening in werking die betrekking heeft op de grensoverschrijdende verkrijging van elektronisch bewijsmateriaal in strafzaken (de E-evidence Verordening).

Op 30 januari 2024 legde de rechtbank Oost-Brabant een miljoenenboete op aan een Limburgs chemiebedrijf. Advocaat Daan Doorenbos gaat in op de straf die is opgelegd en hoe weinig passend die is bezien vanuit het strafrecht.

Nu de rechtspersoon subject van een strafproces kan zijn en dus verdedigingsrechten heeft, moet hij immers ook het recht hebben om vrij te verklaren en te zwijgen. De vraag is vooral wie zich namens de rechtspersoon op het zwijgrecht kunnen beroepen.

De AFM en DNB zijn in beginsel wettelijk verplicht om door hen opgelegde boetes openbaar te maken. Vanuit strafrechtelijk perspectief concludeert Tom Tepaske dat dit publicatieregime zich uiterst moeizaam verhoudt met de onschuldpresumptie.