Steeds vaker moeten rechters bij de vaststelling van de hoogte van de vertrekvergoedingen rekening houden met wettelijke normen die zijn gebaseerd op publiekrechtelijke toezichtregels zoals die uit de WNT.
Kern van deze zaak is het wettelijk maximum voor vertrekvergoedingen van artikel 1:125 lid 2 Wft. Hierin is bepaald dat aan dagelijks beleidsbepalers geen hogere vertrekvergoeding mag worden uitgekeerd dan 100% van de vaste beloning op jaarbasis. In de annotatie wordt in dit kader onder meer ingegaan op het tijdstip van inwerkingtreding en het overgangsrecht voor vertrekvergoedingen uit de Wbfo.