De beschermende bepalingen van art. 7:662 e.v. Burgerlijk Wetboek (‘BW’) zijn niet van toepassing bij een overgang van de onderneming van een failliete werkgever (art. 7:666 BW). De faillissementsprocedure wordt in de praktijk echter veel gebruikt om te reorganiseren.
De vraag rijst of de uitsluiting van die bepalingen in faillissement richtlijnconform is. De faillissementsprocedure strekt bij een ‘doorstart’ niet tot liquidatie van de onderneming, terwijl dit vereiste wel uit de richtlijn en de jurisprudentie van het hof lijkt voort te vloeien om de beschermende bepalingen uit te kunnen sluiten. Deze kwestie wringt des te meer in het licht van het wetsvoorstel continuïteit van ondernemingen I (pre-pack).
In deze bijdrage wordt de toepasselijkheid van de Richtlijn overgang van onderneming bij insolvente ondernemingen besproken.
Dit artikel is gepubliceerd in het Tijdschrift Arbeidsrechtpraktijk 2014/98.
Lees de volledige publicatie.