De Ragetlie-regel bepaalt dat, indien een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd die, anders dan door rechtsgeldige opzegging of door ontbinding door de rechter is geëindigd, wordt voortgezet door een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd, in beginsel voorafgaande opzegging van de voortgezette arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd nodig is (artikel 7:667 lid 4 BW).
Kernvraag in deze zaak was hoe moet worden omgegaan met de situatie waarin een werknemer zelf opzegt. Weliswaar wordt die opzegging niet getoetst door UWV of de kantonrechter maar is dat nu een reden om aan te nemen dat geen sprake is van een rechtsgeldige opzegging als bedoeld in de Ragetlie-regel?
Dit arrest van de Hoge Raad maakt duidelijk dat ook als een werknemer zelf opzegt, er geen sprake is van een rechtsgeldige opzegging en er dus ook geen uitzondering geldt op de Ragetlie-regel als dezelfde werkzaamheden na terugkeer binnen drie maanden worden verricht. In dat geval kan de werknemer nog steeds een beroep doen op de Ragetlie-regel en dient een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd, indien die is voorafgegaan aan een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd, door de werkgever te worden opgezegd.