Vervallen geurvoorschrift omgevingsvergunning milieu. Toepassing overgangsrecht artikel 2.8a Abm op geurvoorschriften in omgevingsvergunning milieu (artikel 2.1 lid 1 onder e Wabo). Impliciete verwerping beroep op formele rechtskracht.

Article
NL Law

De rechtbank overweegt als volgt. Voor het antwoord op de vraag of vergunningvoorschriften op grond van artikel 2.8a van het Activiteitenbesluit tijdelijk als maatwerkvoorschriften moeten worden aangemerkt, is bepalend of het bevoegd gezag de bevoegdheid toekomt om ten aanzien van de milieugevolgen waarop die vergunningvoorschriften zien maatwerkvoorschriften te stellen (vgl. AbRvS, 20 juli 2022, ECLI:NL:RVS:2022:2078).

Uit vaste jurisprudentie van de AbRvS, bijvoorbeeld de uitspraak van 13 juli 2022 (ECLI:NL:RVS:2022:1997), volgt dat voor de toepassing van artikel 2.7a, vierde lid, van het Activiteitenbesluit vereist is dat verweerder aan de hand van de in artikel 2.7a, derde lid, vermelde aspecten a tot en met f het aanvaardbaar niveau van geurhinder heeft bepaald. Verweerder dient dat niveau te bepalen op grond van de ten tijde van de besluitvorming geldende feiten en omstandigheden en het kan daarbij niet zonder meer terugvallen op de normen uit de omgevingsvergunning.

In navolging van het deskundigenverslag van de StAB is de rechtbank van oordeel dat voorschrift E2 van de omgevingsvergunning niet als een maatwerkvoorschrift kan worden aangemerkt. Met betrekking tot voorschrift E9 van de omgevingsvergunning stelt de rechtbank vast dat verweerder eerst bij besluit van 5 oktober 2016 – derhalve na 1 januari 2016 – dit voorschrift aan de omgevingsvergunning heeft verbonden. Dit brengt met zich dat het overgangsrecht van artikel 2.8a van het Activiteitenbesluit niet van toepassing is op dit voorschrift. Gelet hierop had verweerder naar het oordeel van de rechtbank aan de hand van de in artikel 2.7a, derde lid, vermelde onderdelen a tot en met f, het aanvaardbare niveau van geurhinder dienen te bepalen. Tussen partijen is niet in geschil, en de rechtbank neemt dit als een vaststaand gegeven aan, dat verweerder in dit geval niet aan voormelde verplichting heeft voldaan.

Klik hier voor de volledige noot.

Auteur: Jelmer Ypinga

Bron: M en R 2023/18

Publicatiedatum: maart 2023