Wel of niet (langer) verplichte rapportage over de wettelijke streefcijferregeling door grote vennootschappen?

Article
NL Law

Op 1 januari 2020 is de wettelijke streefcijferregeling komen te vervallen. Op grond van deze regeling moest iedere grote NV of BV – waaronder de beursvennootschap – streven naar een evenwichtige man/vrouw verdeling in haar bestuur en raad van commissarissen (RvC). Er was sprake van een evenredige verdeling bij een bezetting van ten minste 30% vrouwen en ten minste 30% mannen in zowel het bestuur als de RVC (art. 2:166/276 BW). Grote vennootschappen legden in het bestuursverslag verantwoording af over deze evenwichtige verdeling van zetels (art. 2:391 lid 7 BW).

Indien de zetels van het bestuur of van de RvC niet evenwichtig waren verdeeld zoals voorgeschreven door art. 2:166/276 BW, dienden de vennootschappen in het bestuursverslag uiteen te zetten (art. 2:391 lid 7 BW):

  • waarom de zetels niet evenwichtig waren verdeeld;
  • wat de vennootschap had gedaan om toch tot een evenwichtige verdeling te komen; en
  • hoe de vennootschap in de toekomst beoogde een evenwichtige verdeling te realiseren. 

Gezien het feit dat de wettelijke streefcijferregeling per 1 januari 2020 is komen te vervallen, rijst de vraag of een grote vennootschap in het bestuursverslag over boekjaar 2019 nog verantwoording zou moeten afleggen over (eventuele afwijking van) de wettelijke streefcijferregeling gedurende het boekjaar. De wetgever heeft geen expliciete regeling getroffen per welk boekjaar de regeling niet langer hoeft te worden toegepast. Hierbij is van belang dat het kabinet op 7 februari 2020 heeft aangekondigd dat er een wettelijk diversiteitsquotum komt voor de RvC’s van beursgenoteerde vennootschappen en grote vennootschappen zelf passende en ambitieuze streefcijfers moeten opstellen voor de diversiteit m/v in het bestuur, de RvC en de subtop. Beursvennootschappen zijn bovendien op grond van andere wet- en regelgeving reeds verplicht om verantwoording af te leggen over diversiteit en moeten rekening houden met de belangen van de diverse stakeholders, waaronder institutionele beleggers en stemadviesbureaus. In dit kader is het interessant om na te gaan of grote vennootschappen – en meer in het bijzonder beursvennootschappen – in het bestuursverslag over boekjaar 2019 nog verantwoording zouden moeten afleggen over (afwijking van) de wettelijke streefcijferregeling.

Sandra Rietveld en Lieke Stroeve bespreken deze praktijkvraag in het Tijdschrift voor Jaarrekeningenrecht 2020/1.

Lees het volledige artikel