De rechtspraak van de laatste jaren laat zien dat werkgeversaansprakelijkheid voor schade die tijdens werktijd is veroorzaakt in verkeerssituaties steeds voor complexe juridische vraagstukken zorgt. Recentelijk heeft de Hoge Raad twee arresten gewezen die een nieuw licht werpen op deze werkgeversaansprakelijkheid. Op grond van deze arresten lijkt deze werkgeversaansprakelijkheid verder te zijn opgerekt.
In het arrest Vonk/Van der Hoeven kwam de vraag aan de orde of een werknemer van zijn werkgever vergoeding kan vorderen voor de letselschade die hij heeft geleden op de terugreis vanaf de werkplek. De grondslag voor de vordering was hier artikel 7:658 BW. In het arrest Staatssecretaris van Financiën/X BV kwam de vraag aan de orde of verkeersboetes onder het toepassingsbereik van artikel 7:661 BW vallen. In deze bijdrage worden beide arresten in het kader van de artikelen 7:658 en 7:661 BW besproken samen met enige andere relevante rechtspraak. Daarbij wordt ingegaan op het - inmiddels ingetrokken - wetsvoorstel Verkeersongevallen.
Klik hier voor dit artikel in ArbeidsRecht 2001/57.